Eind augustus 2025 heeft de Amerikaanse regering de 'de minimis'-vrijstelling van invoerrechten opgeschort. Deze vrijstelling zorgde ervoor dat kleine pakketten met een waarde van minder dan 800 dollar de VS konden binnenkomen zonder dat er invoerrechten of tarieven op werden geheven. Vóór 29 augustus gold de opschorting alleen voor pakketten uit China en Hongkong, maar nu geldt deze voor alle importen wereldwijd.1 Nu het stof is neergedaald en de gevolgen van deze drastische maatregel duidelijker worden, is de vraag: wat betekent deze wijziging in de regelgeving voor Europese modemerken?
Lees verder om te ontdekken wat de laatste veranderingen betekenen voor de grensoverschrijdende handel met de Verenigde Staten en hoe de veranderende wetgeving van invloed is op merken van elke omvang.
Kort gezegd, de 'de minimis'-vrijstelling van invoerrechten is opgeschort voor alle pakketten die vanuit Europa en het Verenigd Koninkrijk naar de VS worden verzonden, met mogelijk ernstige gevolgen voor zowel kleine als grote merken. Door een strategische aanpak van douanebeheer kunnen merken echter de ergste gevolgen van de opschorting vermijden en hun uitstekende klantenservice handhaven.
Navigeren door een uitdagend wereldwijd handelslandschap
Het besluit om de de minimis-vrijstelling af te schaffen heeft de goederenstroom naar de Verenigde Staten flink verstoord. Hier is een indrukwekkend cijfer dat de enorme omvang van de impact laat zien: alleen al vorig jaar kwamen bijna 1,4 miljard pakketten – met een totale waarde van meer dan 64 miljard dollar – Amerika binnen onder de de minimis-vrijstelling.2 3
Nu de regelwijziging zowel voor commerciële als postleveringen geldt, krijgen Europese en Britse modemerken te maken met allerlei gevolgen bij de export van hun goederen naar de lucratieve Amerikaanse markt. Aangezien tarieven en geopolitieke onzekerheid van invloed zijn op de keten, gaan we kijken naar de belangrijkste manieren waarop de afschaffing van de de minimis-regeling merken ertoe aanzet hun activiteiten te heroverwegen – en wat ze daaraan moeten doen.
De realiteit na de de minimis-regeling: meer bureaucratie, hogere kosten
Nu de de minimis-vrijstelling weg is, krijgen Europese modemerken te maken met flinke kostenstijgingen voor elke zending naar de VS. Elk pakketje, hoe klein ook, dat naar de VS wordt gestuurd, moet nu door de douane en er komen belastingen bij. Dit verstoort de stroom van e-commerce-importen naar het land, die mogelijk was dankzij de vrijstelling voor spullen onder de oude limiet van 800 dollar.
Vooral kleinere direct-to-consumer (D2C)-merken lopen het risico het hardst te worden getroffen, omdat ze voorheen sterk afhankelijk waren van de vrijstelling.4 De de minimis-regel maakte de Amerikaanse markt veel toegankelijker voor merken die bestellingen uit de hele wereld verwerken. Maar door de veranderingen krijgen merken te maken met hogere kosten bij verzending naar de VS. Als ze deze kosten doorberekenen aan hun klanten in de VS in de vorm van hogere prijzen, lopen ze het risico hun concurrentievoordeel te verliezen en zichzelf uit de markt te prijzen.
De gevolgen van de de minimis-regel zijn echter niet beperkt tot kleinere spelers in de mode- en lifestylebranche. Ook gevestigde merken zoals Lululemon voelen de druk. De in Canada gevestigde producent van sportkleding zegt dit jaar 240 miljoen dollar aan invoerrechten te moeten betalen, een bedrag dat naar verwachting in 2026 zal stijgen tot 320 miljoen dollar.5 Dit komt grotendeels doordat veel van de bestellingen die het vanuit Canada naar klanten in de VS verzendt, nu onderworpen zijn aan invoerrechten. Daarom is strategisch douanebeheer noodzakelijk, ongeacht de grootte van uw bedrijf.
Volgende stappen: verstoring van de toeleveringsketen overwinnen
Naast de stijgende kosten voor het vervoer van goederen heeft het einde van de de minimis-vrijstelling ertoe geleid dat sommige postbezorgers hun grensoverschrijdende leveringen naar de VS hebben stopgezet of beperkt. Veel bezorgers in Europa en het Verenigd Koninkrijk, waaronder nationale diensten, hebben tijdelijk alle zendingen naar de VS stopgezet. De bezorging is inmiddels hervat, maar met een aangepaste service. Royal Mail biedt nu bijvoorbeeld een 'postal delivered duties paid'-service aan,6 waarbij extra administratiekosten in rekening worden gebracht om de extra kosten te dekken. Hierdoor is het voor kleinere merken moeilijker geworden om goederen op dezelfde betrouwbare manier te verzenden als voorheen.7
De gevolgen van deze beslissingen van vervoerders zijn groot, vooral voor merken die een groot deel van hun businessmodel hebben gebaseerd op D2C-leveringen van Europa naar de VS. Door de aanhoudende verstoringen kunnen deze kleding- en lifestylemerken omzet mislopen en moeten ze hun verzendstrategieën snel herzien, anders lopen ze het risico hun zwaarbevochten Amerikaanse klantenbestand te verliezen. Voor veel Europese modemerken betekent dit dat ze hun internationale distributiemodel op korte termijn moeten herzien.
Een strategische aanpak: zorgen dat je aan de douaneregels voldoet
Nu pakketten met een lage waarde die de VS binnenkomen volledig moeten worden ingeklaard, zijn er nieuwe nalevingsvereisten waaraan Europese mode-exporteurs moeten voldoen. Zo heeft elk merk dat artikelen in de VS importeert nu een erkende Importer of Record (IOR) nodig, een entiteit die wettelijk verantwoordelijk is voor de naleving van alle Amerikaanse douanewetten. De IOR moet voor elke zending gedetailleerde handelsfacturen, de Harmonised Tariff Schedule (HTS)-code van het product en certificaten van oorsprong overleggen. Dit is een veel tijdrovender en arbeidsintensiever proces, vooral voor kleinere merken die geen speciaal douaneteam hebben om de extra werklast en complexe verplichtingen op zich te nemen.
Bovendien staat er veel op het spel als je al je papierwerk niet correct hebt. Fouten in de documentatie kunnen ertoe leiden dat zendingen worden vastgehouden bij de douane, worden teruggestuurd naar de afzender of worden onderworpen aan boetes die de winstmarges kunnen aantasten. Meer specifiek bepaalt een HTS-codeclassificatie – op basis van de waarde en herkomst van een artikel – de invoerrechten en tarieven die de IOR verschuldigd is. Nauwkeurigheid is dus van cruciaal belang om boetes of verdere verstoringen te voorkomen. Voor merken die voorheen profiteerden van de eenvoud van de de minimis-vrijstelling, maken deze douanevereisten de afhandeling in de VS veel uitdagender. Dit benadrukt het belang van een geïntegreerd douanebeheerkader dat douaneprocessen consolideert, taken automatiseert en vertragingen, kosten en nalevingsrisico's vermindert.
Vooruitblik: wat staat de Amerikaanse mode-import te wachten?
Het einde van de de minimis-vrijstelling dwingt internationale merken die Amerikaanse klanten betrouwbaar willen blijven bedienen om hun fulfilmentstrategieën te herzien. En hoewel kleinere e-commerce merken waarschijnlijk het hardst zullen worden getroffen, zal de wetswijziging ook een grote impact hebben op grotere merken. Voor één groot modemerk viel meer dan 10% van de omzet onder de de minimis-vrijstelling, maar nu zullen dezelfde bestellingen worden onderworpen aan een tarief van 30%.8
Als reactie hierop zullen alle modemerken die naar de VS exporteren waarschijnlijk hun toeleveringsketen moeten aanpassen of herontwerpen om zichzelf te beschermen tegen omzetverlies. Sommige merken overwegen om hun productie dichter bij de VS te brengen, terwijl andere merken op zoek zijn naar oplossingen voor douane-entrepots en buitenlandse handelszones om de douanekosten onder controle te houden. Het goede nieuws? Er zijn manieren om je aan te passen en je Amerikaanse klanten effectief te blijven bedienen. In onze komende blogposts gaan we dieper in op praktische ' '-strategieën die slimme merken kunnen gebruiken om met deze nieuwe realiteit om te gaan – dus houd ons in de gaten voor meer inzichten.
Op zoek naar deskundige douaneondersteuning of hulp bij het aanpassen van je internationale supply chain-activiteiten in reactie op het snel veranderende mondiale handelslandschap? Neem vandaag nog contact op met een Bleckmann-expert.
